Beleid
Gijs van Oenen
Vroeger hadden
we in
Nederland last van een boterberg. Door genereuze landbouwsubsidies
produceerden
Nederlandse boeren veel meer boter dan wij met zijn allen konden
opeten, of
althans betalen. Gevolg was een ‘boterberg’, die alleen kon worden
bestreden
door het spul voor een kwartje per pakje naar de Sovjet-Unie te
exporteren,
terwijl wij er in de winkel gewoon een rijksdaalder voor bleven
betalen. Om
dezelfde reden was er sprake van een melkplas; ook die werd
geëxporteerd, zij
het in poedervorm ingeblikt.
In de voedingssector lijken de problemen inmiddels
voorbij, maar in het openbaar bestuur zijn de mechanismen van vraag en
aanbod nog
niet op orde. Daar vormen zich namelijk structureel beleidsbergen:
massieve papierformaties die samenleving en burgerij
niet zo snel door hun strot krijgen als ze worden opgediend, of beter
gezegd
uitgestort. Dat werd onlangs nog maar eens geconcludeerd door de
Algemene
Rekenkamer, door de Eerste Kamer, en ook door de Tweede Kamer in haar
overigens
weinig succesvolle ‘verantwoordingsdag’: de derde dinsdag van mei
waarop men
probeert nu eens niet nieuw beleid te maken, maar eerst de resultaten
van
eerder beleid te evalueren.
Insiders weten dat dit een zinvolle, maar bij voorbaat
verloren strijd is: modern bestuur is
eenvoudigweg beleidsproductie. De maatschappelijke werkelijkheid
bestaat voor
bestuurders louter nog als aangrijpingspunt voor nieuw beleid, een
trampoline
waarop men alleen neerveert om vervolgens nog hoger in beleidssferen te
kunnen opstijgen.
‘The medium is the message’, zei mediasocioloog Marshall McLuhan al.
Net zo
stelde de Franse denker Jean Baudrillard dat ons lot tegenwoordig in
handen
ligt van peilingen, statistieken en van ‘informatie’: zij vormen de
anticiperende verificatie van ons gedrag.
Peiling en beleid zijn de werkelijkheid met andere
woorden altijd een stap voor. Raadpleegt bijvoorbeeld Nederland niet
massaal de
stemwijzer om te weten wat men eigenlijk moet stemmen? Cruciaal in de
beeldspraak
van ‘een stap voorblijven’ is dat de werkelijkheid het beleid of de
peiling
nooit meer inhaalt. Het is, zoals men in de sport zegt, een gelopen
race.
In Indonesië, iets ten zuiden van Surabaya, probeert men
op het ogenblik een moddervulkaan tot zwijgen te brengen, onder meer
door een
soort betonnen kogels in verschillende maten in de vulkaanmond te
gooien. Ongeveer
op die manier worden wij bedekt onder een niet te stuiten stroom
beleid, die ter
plekke gekomen uiteindelijk verandert in een dikke laag modder. In
plaats van met
betonnen kogels als remedie proberen wij het met de verantwoordingsdag.
Het
resultaat zal hetzelfde zijn: geen.
Zie verder: Naar
een zichtbaar effectieve wisselwerking tussen beleid en uitvoering
(rapport Eerste Kamer)
Deze tekst verscheen als column in
Erasmus
Magazine van 31 mei 2007
U kunt ook: