Gepubliceerd in: Grafische Nederland 2006, Grafische Cultuurstichting, Amstelveen , Nederland, ISBN 90 70 80 9044 pp. 100-101
Wat heet geluk?
Het woord 'geluk' heeft
twee betekenissen. Geluk hebben betekent dat het lot meezit, gelukkig zijn betekent dat men
plezier heeft in het leven. Het één gaat niet altijd samen met het ander. Mensen die met
een gouden lepel in de mond geboren zijn, zijn lang niet altijd gelukkig en
omgekeerd zijn er pechvogels die zich juist wel gelukkig voelen. Hier heb ik het
over geluk in de zin van levensvoldoening. Het gaat daarbij om waardering van het eigen leven als
geheel.
Hoe gelukkig zijn mensen?
In de krant en in romans
lezen we voornamelijk over ongeluk. Ook in wetenschappelijke publicaties lezen we meer over leed
dan over lief. Is ongeluk inderdaad de regel? In Nederland in ieder geval niet. Bij
onderzoek
onder representatieve steekproeven blijkt steevast dat de overgrote
meerderheid zich gelukkig noemt.
Dat blijkt niet alleen uit de antwoorden op vragen naar tevredenheid met het
leven, maar ook uit vragen over hoe prettig
men zich meestal voelt.
Wat bepaalt
geluk?
Ongeluk wordt vaak
geassocieerd met ziekte en achterstand; geluk met maatschappelijk succes. Vanuit die
opvatting wordt vaak gepleit voor investering in zorg, sociale zekerheid
en opleiding. Er zijn echter ook stemmen die zeggen dat geluk vooral tussen de
oren zit. Vanuit die hoek worden allerlei therapieën aanbevolen. Vanouds is
er ook een stroming die alle ongeluk toeschrijft aan de verderfelijke
samenleving, en die geluk zoekt in afwending van de wereld. Is het ene standpunt
beter dan het andere? - Onderzoek leert dat geluk in belangrijke mate afhangt van de
kwaliteit van de samenleving. Naarmate de maatschappij meer welvaart en rechtszekerheid biedt, zijn
de mensen die er wonen gemiddeld gelukkiger. Naast de basisvoorwaarden speelt vrijheid een belangrijke rol. Mensen blijken
gelukkiger naarmate ze hun leven
meer naar eigen smaak kunnen
inrichten; althans als die vrijheid ook gepaard gaat met een goed ontwikkeld vermogen tot kiezen. Een sterke
verzorgingsstaat blijkt minder nodig.
Binnen rijke westerse
samenlevingen zien we niet veel verschil tussen arm en rijk. Kennelijk is ons welvaartniveau al zo hoog dat wat meer
of minder niet echt meer uitmaakt. Hoge
inkomens moeten ook verdiend worden
en werk maakt niet altijd gelukkig.
Voor geluk maakt het meer uit of men rijk is aan sociale contacten. Alleenstaanden zijn over het algemeen minder gelukkig
dan mensen die samenwonen, en mensen zonder vrienden hebben ook minder plezier in
het leven dan mensen met. Al dan niet hebben van kinderen maakt echter niet uit. Kinderloosheid blijkt
goed gecompenseerd te kunnen worden door contacten met volwassenen. Alleen onder hoogbejaarden zijn kinderlozen
slechter af, waarschijnlijk omdat die
compenserende relaties dan niet meer
beschikbaar zijn.
De grootste verschillen in geluk moeten worden toegeschreven aan
lichamelijke en geestelijke
gezondheid. Dat lichamelijke
gezondheid uitmaakt zal niemand
verbazen, de verrassing is eerder dat het effect van ernstige aandoeningen
toch nog vrij beperkt is. Psychische stoornissen hakken er meer in, ook kleinere stoornissen
zoals wisselende stemmingen en neurotische trekjes. Ook tekorten in sociale vaardigheden blijken
'gelukslekken' te zijn.
De idee dat men het meest gelukkig
is als men zich terugtrekt uit de maatschappij wordt in zijn algemeenheid
niet bevestigd. Mensen zijn meestal juist gelukkiger naarmate ze meer participeren, al
hoeft dat niet per se in de meest aanzienlijke kringen te zijn
Valt geluk
te bevorderen?
Naast alle adviezen voor
een gelukkiger
leven klinkt vanouds ook de waarschuwing dat er aan ons geluk niet
veel te
veranderen valt. Religies prediken dat de mens zijn noodlot niet kan
ontsnappen en er zijn filosofen
die menen dat geluk relatief is en dat het najagen
van geluk ons daarom niet veel verder brengt dan een muis in een looprad. Er wordt ook wel beweerd dat geluk een vaste trek is en als zodanig
ook vrijwel onveranderbaar.
Uit onderzoek blijkt
echter dat geluk wel degelijk bevorderd kan worden. Enerzijds middels verbetering van de
samenleving en anderzijds door versterken van de persoonlijke kwaliteiten die nodig zijn om daarin te
functioneren. Op beide vlakken hebben
humanistische organisaties wat te bieden.
Om de leefbaarheid van
de samenleving te verbeteren moet in de eerste plaats gezorgd worden voor
bestaanszekerheid. Voor derde wereld landen betekent dat vooral
welvaartsgroei en mensenrechten. Voor rijke landen zit de winst meer in
verdere individualisering. Voorwaarde voor verbetering is in alle gevallen
dat burgers gestimuleerd worden het lot in eigen hand te nemen. Lijdzaam
wachten op Vader Staat levert meestal
niet veel op. Deze inzichten spelen
een rol in het humanistisch ontwikkelingswerk.
Binnen onze
rijke Nederland is ongeluk meestal niet een kwestie
van materieel tekort. De hulpverlening met het
pannetje soep heeft daardoor aan betekenis verloren. Tekorten
zitten meer in de sociaal-emotionele
sfeer. Die nood is minder makkelijk
te lenigen met subsidies en professioneel
advies. Hulpverlening is hier meer een kwestie van georganiseerde medemenselijkheid.
Dit is dan ook een van de pijlers van het humanistisch welzijnswerk.
De
persoonlijke levensvaardigheden die nodig zijn om gelukkig te
worden verschillen enigszins per samenleving. In
een individualistische maatschappij als de onze is
het vooral van belang dat je goed voor jezelf kunt opkomen en
dat je intieme relaties weet te leggen en vast te
houden. Dat valt tot op zekere hoogte te leren. Humanistisch welzijnswerk is er
dan ook primair op gericht om
zelfredzaamheid te bevorderen. Daarnaast moet echter ook steun worden
geboden aan mensen die nog niet, of niet
meer, op eigen benen kunnen staan. Ook daaraan dragen humanistische
organisaties hun steentje bij.
Behalve
zelfredzaamheid speelt ook levenskunst een rol. Je moet ook
iets moois van het leven weten te maken. Daarvoor moet je de juiste vormen weten te vinden, niet
alleen persoonlijke interesses en levensdoelen, maar ook vormen om in gezamenlijkheid te beleven.
Dat is best een opgave, want de standaard modellen van vroeger passen niet goed meer bij de geïndividualiseerde mens van vandaag. Bij die zoektocht zijn humanistische organisaties ook
behulpzaam. De humanistische media helpen ons
van elkaar te leren, het humanistisch vormingsonderwijs helpt de horizonten van de eigen belangstelling te verbreden
en de humanistische vieringen bieden
eigentijdse uitingsvormen.
Moet geluk
wel zo nodig bevorderd worden?
Voor
sommigen is geluk het grootste goed en moet de waarde
van alle handelen worden afgemeten aan de mate
waarin het bijdraagt tot het grootste geluk van het
grootste aantal. Veel religies zien dat anders en hebben
eigenlijk meer waardering voor menselijk lijden. In de kritische filosofie geldt geluk als iets wat toch niet haalbaar is en dat daarom ook maar beter niet nagestreefd kan worden. In dit geval
kan onderzoek maar beperkt
uitsluitsel geven. Onderzoek naar
feiten kan niet bepalen of genieten van het leven moreel beter is dan er onder lijden. Onderzoeksgegevens bieden wel enig inzicht op de consequenties van het ene of andere standpunt en laten daarmee zien in hoeverre het nastreven van geluk spoort met andere waarden. In dit verband is
onderzocht in hoeverre geluk het goede of juist het slechte in mensen
naar boven brengt. Daarbij blijkt dat geluk mensen niet tot tevreden koeien
maakt, maar de blik eerder verruimt. Gelukkige mensen blijken ook
beter te functioneren in relaties met vrienden en familie,
het maakt ze opener naar elkaar, maar tegelijkertijd ook minder
afhankelijk. Een opvallende uitkomst is ook dat geluk goed is voor
de gezondheid. Gelukkige mensen leven langer.
Geluk van
de burgers blijkt ook bevorderlijk voor de maatschappij. Er is bijvoorbeeld een duidelijke relatie tussen geluk en tolerantie. Gelukkig
mensen hebben minder gauw zondebokken
nodig, zetten zich meer in voor
maatschappelijke organisaties en
zijn waarschijnlijk redelijker kiezers.
Kortom, met
bevorderen van geluk bereik je meer dan alleen
maar een aangenamer leven. In een aantal opzichten maakt geluk het leven
ook 'beter'. Alle reden dus om het geluk een handje te
helpen.