WELZIJN IN DE VERZORGINGSSTAAT
Niveau niet hoger, verdeling niet gelijker

Ruut Veenhoven
In: Christien Brinkgreve & Peter van Lieshout (reds) ' Geregelde gevoelens: collectieve arrangementen en de intime leefwereld', Elsevier/DeTijdstroom, Maarsen, ISBN 90-352-2193-1, pp.155-195

SAMENVATTING
In moderne landen is gedurende de laatste eeuw veel van de zorg onder regie van de staat gekomen, met name financiële zorg bij werkeloosheid, ziekte en ouderdom. Men spreekt in dit verband van de 'verzorgingsstaat'. Er wordt aangenomen dat die ontwikkeling heeft bijgedragen tot het welzijn van de burgers. Het niveau van welzijn zou hoger zijn geworden en de verdeling ervan gelijker. De huidige inkrimping van sociale zekerheid wordt dan ook geassocieerd met een lager niveau van welzijn en met grotere verschillen daarin.
Dit hoofdstuk rapporteert een landvergelijkend onderzoek dat tot doel had om de grootte van dat effect in kaart te brengen. Omvang van de verzorgingsstaat wordt daarbij gemeten met uitgaven sociale zekerheid per hoofd, en welzijn van de burgers aan de mate waarin ze gezond en gelukkig leven. Data hebben betrekking op de periode 1980-1990. Het onderzoek omvat 42 landen.
Tegen de verwachting blijkt er geen verband tussen omvang van de verzorgingsstaat en niveau van welzijn. In landen met royale sociale zekerheid zijn mensen niet gezonder en gelukkiger dan in even welvarende landen waar Vader Staat minder scheutig is. Groei of krimp van de sociale zekerheidsuitgaven blijkt ook niet gerelateerd aan toe- of afname in niveau van gezondheid en geluk.
Er blijkt evenmin een verband tussen omvang van de verzorgingsstaat en gelijkheid in welzijn tussen burgers. In landen waar de uitgaven voor sociale zekerheid hoog zijn is de spreiding in gezondheid en geluk niet kleiner dan in even welvarende landen met minder sociale zekerheid van staatswege. Groei en krimp van de uitgaven voor sociale zekerheid gaat ook niet samen met af- of toename van ongelijkheid in gezondheid en geluk tussen burgers.
Naar aanleiding van dit onverwachte resultaat worden vijf vragen besproken: 1) Doet omvang van de verzorgingsstaat er echt niet toe? 2) Hoe valt dat te verklaren? 3) Waarom is dat toch zo moeilijk te geloven? 4) Wat moeten we er mee in beleid? 5) Wat kan nader onderzoek nog leren?

Volledige tekst