Opinies over het gedogen
Hoewel afzonderlijke gedoogpraktijken,
zoals de drugscultuur en de euthanasie, al langer een regelmatig
onderwerp van discussie zijn, is de controverse over het gedogen als zodanig
van tamelijk recente datum. Daaraan hebben vooral de vuurwerkramp in Enschede
en de cafebrand in Volendam bijgedragen. En daarnaast de ervaringen met
twee 'nieuwe' potentiele gedoogterreinen: de multiculturaliteit en de (illegale)
immigratie. En nu hebben we dan ook nog de "normen & waarden" discussie:
fatsoen moet je doen en verloedering moet weg. Plus de kwestie van extremistische
terreur-aanslagen en de daarmee samenhangende spanning tussen religieuze
overtuigingen en seculiere overheid en instituties.
HIeronder volgt een aantal verwijzingen
naar recente bijdragen aan de discussie over het gedogen en verwante kwesties.
Laatste aanvulling:
25 december 2004
2004
Binnen het lokale coffeeshopbeleid doen zich positieve ontwikkelingen voor. In coffeeshops vinden nauwelijks meer overtredingen plaats van het harddrugscriterium en het aantal coffeeshops daalt. Dit is positief te noemen, aangezien dit kan bijdragen aan de beheersbaarheid en de handhaving van het coffeeshopbeleid. Bovendien sluit het aantal coffeeshops steeds meer aan bij het beoogde aantal binnen het beleid van de diverse gemeenten. Dit zijn de belangrijkste conclusies uit het rapport Coffeeshops in Nederland anno 2003, opgesteld in opdracht van het ministerie van Justitie door het departement Strafrechtswetenschappen van de UvT, dat op 22 december 2004 werd aangeboden aan de Tweede Kamer.
In
2004 was er niet meer zoveel belangstelling voor het thema gedogen. We
mogen nu immers slechts kiezen tussen aanpakken en doorpakken enerzijds
of pappen en nathouden anderzijds. Populair was wel de aan gedogen sterk
verwante kwestie van de 'vermindering van regels en regeldruik', zoals
bijvoorbeeld in het projekt Bruikbare
Rechtsorde van het ministerie van Justitie.
Dan is er ook nog het projekt Andere
Overheid, maar dat is meer een speeltje van bestuurlijke vernieuwings-minister
Thom de Graaf waar de honden geen brood van lusten. Bezoek bijvoorbeeld
de pagina "de
passie van" en huiver...
En wie klikt op de website van het ministerie
klikt op 'zelfregulering', komt terecht op www.marktordening.nl.
Is dat niet vreemd?
Natuurlijk hangt de mindere interesse in gedogen ook samen met de extremistische terreuraanslagen van 2004, eerst de treinaanslagen in Madrid op 11 maart en in Nederland de moord op Theo van Gogh op 2 november. Maar ook de vraagstukken van (multi)culturele integratie, tolerantie en uitingsvrijheid hangen nauw samen het de problematiek van het gedogen. Namelijk: hoe kan het geweldloos conflictoplossend vermogen van burgers worden bevorderd?
Ook
in Zweden bestaat belangstelling voor ongeregelde orde! Zie de bespreking
van de tentoonstelling Parasite Paradise, en het bijbehorende boek van
NAi publishers, in Dagens Nyheter van 25 januari
2004.
2003
We moeten blijven gedogen! Dat vind ik zelf, ja, maar dat vinden ook Joan de Wijkerslooth, voorzitter van het college van procureurs-generaal, en Bert van Delden, voorzitter van de Raad voor de Rechtspraak, in een interview in Vrij Nederland van 11 oktober 2003.
Is het gedogen toch weer uit? Volgens het Radio1
Journaal wel. De harde aanpak wordt steeds populairder bij de overheid,
meent het programma in een serie in vijf delen van 14-18
juli 2003 over de aanpak van de Keilieweg in Rotterdam, de aanpak
van wiettelers in Helmond, de (her)opvoeding van criminele jongeren in
Glen Mills en Den Engh, over Kampen waar men asociale huurders, als waren
zij Diogenes, in containers buiten de stad plaatst, en het gedwongen afkicken
in Amsterdam. Ook te beluisteren via Internet.
Procureur-generaal De Wijkerslooth wil in NRC Handelsblad van 12 juli 2003 af van de ministeriele bevoegdheid om bijzondere aanwijzingen te geven, de opdracht dus om een specifieke strafzaak door te zetten. Maar de maandag daarop laat diezelfde krant al weten dat de minster daar helemaal niets voor voelt. Ook de meeste politieke partijen willen geen onafhankelijker Openbaar Ministerie; alleen Femke Halsema van GroenLinks denkt daar anders over.
Het gedogen voorbij?! Net als eerder de Amsterdamse rechtbankpresident Gisolf bij zijn afscheid (zie hieronder, september 2002) vindt nu ook zijn Maastrichtse collega Lampe dat softdrugs uit het strafrecht moeten, omdat de drugszaken het strafrechtelijk systeem verstoppen. Ook een ruime meerderheid in de Tweede Kamer lijkt voorstander van legalisering, meldt de Volkskrant van 22 april 2003. Er lijkt onenigheid in de rechterlijke gelederen: voorzitter Tonkens-Gerkema van de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak (de beroepsvereniging van magistraten) is het met Lampe eens, maar voorzitter Van Delden van de Raad voor de Rechtspraak (een soort management-orgaan van en voor de gerechten) zegt dat legalisering van softdrugs de problemen van de rechtbanken niet zal oplossen, aldus NRC Handelsblad van dezelfde dag.
Op de (eerste!) Dag van de Wetgeving, georganiseerd door en voor de wetgevingsjuristen van het ministerie van Justitie op 30 januari 2003 in Den Haag, vond ook een panel over gedogen plaats. Sprekers waren Freek Salm, voormalig 'Wallenmanager' in Amsterdam en thans adviseur van burgemeester Opstelten in Rotterdam; Hans Hillen, voormalig CDA-kamerlid en columnist voor Elsevier; en Gijs van Oenen. Inzet van betogen en discussie was hoe wetgevers beter zicht kunnen krijgen op de specifieke zorgen en problemen van hun doelgroep, laten we zeggen de 'wetnemers'. Verder werd er instructief van gedachten gewisseld formele versus meer informele dimensies van het openbaar bestuur.
Voormalig Amsterdams burgemeester Schelto Patijn denkt wat verlichter dan zijn ambtsopvolger (zie hieronder), zoals blijkt uit zijn bijdrage over gedogen in NRC Handelsblad (dinsdag 14 januari 2003). Zijn argument is vooral dat gedogen mag, of zelfs moet, zolang dat gebeurt volgens strenge 'spelregels' (zoals bij euthanasie en de coffeeshops). Maar is dat nog wel echt gedogen? Of pseudo-wetgeving?
Burgemeester
en hoofdcommissaris van Amsterdam hielden dit jaar (2003) geen onaardige
nieuwjaarstoespraken, maar zetten ook dit jaar helaas hun malle kruistocht
tegen fietsers voort. Korpschef
Kuiper slaagt erin om als eerste onderwerp onder het kopje 'Verloedering'
te melden dat vorig jaar 4000 verbalen zijn opgemaakt tegen fietsers in
de Leidsestraat. Dat is toch wel vragen om de traditionele politiekritiek:
'Heeft u niets beters te doen?' Korpsbeheerder Cohen
spoort zijn Concertgebouw-publiek(!) aan om, jawel, niet door de Leidsestraat
te fietsen, niet door rood te rijden met de fiets en de fietsverlichting
te controleren (toespraak
in pdf). Van de dagelijkse hufterigheden van automobilisten zullen
deze gezagsdragers ons niet gaan verlossen.
De toespraak van hoofdcommissaris Kuiper
laat verder wel goed de huidige trend in de rechtshandhaving zien: niet
praten over 'strikte handhaving' of 'niet meer gedogen', maar liever over
'vrijhouden', 'onderscheppen' en -vooral- 'tegenhouden'. Met welke middelen
dat allemaal gebeurt vernemen we niet; vermoed kan worden dat effectiviteit
hier weleens boven rechtsstatelijke kwaliteit gaat. Maar enfin, dat is
wat de bevolking ook schijnt te willen. Althans volgens de media en de
politici.
2002
De
Hoge
Raad bevestigde in haar arrest
van 24 december 2002 het arrest van het Amsterdamse gerechtshof (dd
6
december 2001) in de euthanasiezaak Brongersma.
'Levensmoe' zijn vormt onvoldoende grond voor hulp bij zelfdoding. Het
hoofdredactioneel commentaar van NRC Handelsblad ('Duidelijkheid') en NRC-columniste
Margo
Trappenburg ('Eind goed') juichen dit toe (beide in NRC 27 december
2002). Wat de Hoge Raad zei was echter weinig opzienbarend: alleen artsen
mogen hulp bij zelfdoding verlenen, en zij zijn niet comptetent om lijden
te beoordelen dat niet uit somatische of psychische ziekte voortvloeit.
De moeilijke vragen die euthanasiewensen opwerpen, worden zo beantwoord
door verwijzing naar de beperkingen van de officiele geneeskunde - geen
erg bevredigende oplossing. Dat vond ook huisarts Nico
Mensing van Charante, in NRC Handelsblad van 30 december.
Opmerkelijk genoeg had ook (waarnemend)
advocaat-generaal
Keijzer in zijn conclusie al twijfels geuit over een al te formele
begrenzing van de medische competentie. Het standpunt dat een huisarts
zich omtrent de ondraaglijkheid, uitzichtloosheid en onbehandelbaarheid
van “existentieel lijden in de zin van ontbrekend levensperspectief” niet
zelfstandig, als medicus, een oordeel mag vormen, vergde zijn inziens nadere
motivering. Daarom concludeerde hij dat het Haagse hof zich over de vraag
naar de strafbaarheid van het gepleegde feit moest buigen.
Al met al waren in deze zaak de magistratelijke
meningen sterk verdeeld. De Haarlemse rechtbank (dd 30
oktober 2000) verklaarde het ten laste gelegde feit niet strafbaar
en ontsloeg huisarts Sutorius daarom van alle rechtsvervolging. Het Amsterdamse
hof achtte het feit wel strafbaar maar legde geen straf op. De Hoge Raad
achtte de cassatie-klachten van advocaat Sjöcrona
ongegrond, maar advocaat-generaal Keijzer dacht daar weer anders over (namelijk
meer in de richting van de Haarlemse rechter).
Aan
de Vrije Universiteit congresseerde men op 8 november 2002 over de rol
van theologie in het publieke debat over normen en waarden. Burgemeester
Job
Cohen grijpt de gelegenheid aan om over gedogen te spreken, maar
komt in zijn inleidend betoog helaas niet veel verder dan in andere
woorden de ontwikkeling van bevelshuishouding naar onderhandelingshuishouding
te memoreren.
Bijna hetzelfde zegt hij, zij het in een
wat interessantere en meer uitgebreide context van stedelijke omgang met
multiculturalisme, in zijn Cleveringa-lezing 2002, "Vreemden", op 26 november
te Leiden.
Het
strafrecht wordt te pas en te onpas gebruikt om maatschappelijke problemen
op te lossen. De drugsproblematiek kan beter helemaal buiten het strafrecht
gehouden. En voor fraudekwesties zijn er toch allerlei andere handhavers
en toezichthouders, zoals de FIOD, de NMa of de AFM. Overigens: "We weten
nu toch al dat die LPF alweer einde oefening is?"
Spreekt hier soms weer die vermaledijde
linkse kerk? Nee, het is (scheidend) president van de Amsterdamse rechtbank
Reurt
Gisolf, in een behartigenswaardig interview in NRC
Handelsblad van 28&29 september 2002.
D. van Dijk
van de Raad voor de Rechtspraak, en oud-minister Frits
Korthals Altes wijzen in NRC Handelsblad van
30 september de voorstellen van Gisolf af. Drugsbestrijding moet
onderdeel blijven van het strafrecht. Vanwege "normen en waarden" misschien?
Nee, gewoon omdat de betreffende criminelen zich volgens hen anders met
nog veel schadelijker activiteiten zullen gaan inlaten, zoals de handel
in vervuild afval.
Op donderdag 26 september 2002 vond in de Nieuwe Kerk in Den Haag de
tweede Stapel en de Koning lezing plaats, georganiseerd door de Stichting
Politie
& Wetenschap. Onderwerp: "Het gedogen gehandhaafd, een kwestie
van moraliteit én overheid?" Tegelijk werd de bundel "Gedoogbeleid,
tolerantie en poldermodel: tellen (we) onze zegeningen nog?" gepresenteerd,
waarin interviews met Kees Schuyt, Bram Peper, Heleen Dupuis, Naima el
Bezaz, Ernst Hirsch Ballin, Herman Vuijsje, Ivo Opstelten, Bernard Welten
en Gijs van Oenen, afgewisseld met lumineuze beschouwingen uit de gedoogpraktijk.
Minister Donner
van Justitie nam de bundel in ontvangst en verraste de zaal met een genuanceerd
betoog over noodzaak en waarde van gedogen.
"Elke politieman weet: de mensen die het hardst om regels roepen, zijn zelf het meest geneigd ze te overtreden." Zegt Lodewijk Gunther Moor, directeur van de Stichting Maatschappij Veiligheid en Politie. Een van de betere observaties in een verder nogal oppervlakkige Volkskrant-bijlage Stand van het Land over 'normen en waarden' (prinsjesdag, 17 september 2002).
Een soort van nieuw ethisch reveil is aangekondigd door de nieuwe minister-president, Jan Peter Balkenende, in een toespraak voor de Stichting Christelijk-Sociaal congres in Doorn, 31 augustus 2002. Naar Noors voorbeeld moet er een samenlevingsbreed samengesteld gezelschap komen dat zich op sociale waarden gaat bezinnen. Zelf neemt de premier alvast een voorschot en stelt dat het gaat om 'het realiseren van een betrokken samenleving waarin respect, naastenliefde en verantwoordelijkheid centraal staan'. Hoe dit ook zij, het lijkt in ieder geval een beter idee dan de ordinaire reclamecampagne die minister Heinsbroek door "professionele creatieven (geen vriendjespolitiek)" wil laten uitvoeren (de Volkskrant 28 augustus 2002).
Onder de treffende titel Rechts aan zet heeft NRC Handelsblad een mooie serie over de nieuwe thema's van het centrum-rechts regeren in het post-fortuyn tijdperk.
Tijdens de kabinetsformatie, maar ook daarna, weinig nieuws over het gedogen. Misschien omdat er teveel andere problemen zijn... De regeringsverklaring legt nog wel uit dat het motto "Duidelijkheid en daadkracht" betekent: het tegengaan van gedogen. De nieuwe minister van justitie Donner, wel omschreven als 'rechtlijnig jurist', drukt zich op de nieuwe regeringssite (die nog is voortgekomen uit een aanbeveling van de commissie-Wallage over de toekomst van overheidscommunicatie) voorzichtig uit. Op de vraag Wat kiest u: gedogen of handhaven?, antwoordt hij: "Je moet eerst gedegen handhaven om te kunnen gedogen."
Gedogen is geen uitdrukking van vrijheid en tolerantie, maar van "prudentia" - calculatie dus, nu eens niet van de burger maar van de vorst, ofwel de overheid. Gedogen is daarom volgens Jan Waszink, in Trouw van 1 mei 2002, altijd een "machiavellistische afweging." Maar is dat niet erg pragmatisch, en bovendien oxymoronisch?
Dat de burger calculeert, is geen nieuws. Calculeren en claimen mág
zelfs, van Herman van Gunsteren, die in een
interview in het Stand van het Land-katern
van de Volkskrant van 1 mei 2002 nogeens zijn
opvatting van – wat ik maar noem – "burgerschap light" uiteenzet. Maar,
zegt hij, probleem is dat burgers menen alles zelf zo goed voor elkaar
te hebben dat ze wel zonder politiek kunnen.
En dat is nog zacht uitgedrukt. De burger
ervaart de overheid niet alleen als overbodig, maar zelfs als hinderlijk
– aldus de voorpagina van het genoemde Volkskrant-katern.
Wie daar nog niet depressief genoeg van wordt, kan het verhaal verderop
in het katern lezen over Ferry Hoogendijk, een van de ouderwets en onversneden
rechtse meelifters op de Lijst Fortuyn. "Want we zijn doorgeslagen in Nederland
en ik ben het gedogen spuugzat."
Maar er is ook nog hoop, in de vorm van
een Manifest voor de multiculturele samenleving,
op (nog steeds) Volkskrants Forumpagina (en
bij de Balie). Breed alternatief links
keert zich daar tegen paars en nieuw rechts, onder het motto ‘Stop de angst,
herstel het vertrouwen’. Met ‘vertrouwen’ bedoelt men overigens vooral
zoiets als ‘respect voor universele normen’ – wel een wat erg brede noemer
voor de zo gewenste vooruitstrevende politiek.
Geen einde aan het gedogen, maar 'gezamenlijk organiseren van onze roekeloosheid', bepleit Ralf Bodelier in de Volkskrant van zaterdag 27 april 2002. Een soort van zelfregulering dus, of misschien wel een uitgebreide vorm van beleidsleren, door middel van 'slimme handhavingsarrangementen' tussen overheid, bedrijfsleven en burgerinitiatieven.
In een uitgebreid interview in Trouw van zaterdag
20 april 2002 veroordeelt Paul Scheffer
het relativerend spreken over de rechtsstaat. Met afgrijzen citeert hij
een passage uit Ongeregelde Orde, waarin gedogen tot een vorm van moderne
politiek wordt verklaard, volgens Scheffer 'een verschrikkelijke waarneming'.
Een dag eerder in dezelfde krant liet
LN-lijsttrekker - en officier van justitie - Fred
Teeven voor de goede orde nog maar eens weten dat zijn partij
niet op gedogen betrapt zal worden.
10 April 2002 verscheen 'Srebrenica – een veilig gebied’: de lang verwachte reconstructie door het NIOD van de gebeurtenissen in en rondom het Bosnische stadje. In de epiloog wordt de notie van 'doormodderen' gememoreerd, wat expliciet niet als denigrerende term wordt aangemerkt; 'sommige waarnemers menen ook dat dit per saldo een adequate wijze van besturen is'. Srebrenica, een veilig gebied, deel III, epiloog, p. 3130.
Shoppende burgers bij het 'bedrijf' overheid, dat kan niet goed gaan - zegt ook vice-voorzitter van de Raad van State Herman Tjeenk Willink, in NRC Handelsblad van 21 maart 2002. Niet alle regels zijn af te dwingen, niet alles kan via de rechter geregeld, niet elke bijdrage aan de publieke zaak kan tot winst of verlies worden herleid. Zie ook het net verschenen jaarverslag 2001 van de Raad van State.
De deugden van het gedogen moeten toch ook eens onder de aandacht worden gebracht! Op donderdag 14 maart 2002 vond in de Balie in Amsterdam een Avond van het gedogen plaats: over gedogen, 'omgang met wildheid' en de betekenis van illegaliteit voor de Nederlandse samenleving en politiek. Dit naar aanleiding van het verschijnen van: Ongeregelde orde, een bundel essays over gedogen onder redactie van Gijs van Oenen; en Het surplus van illegaliteit, een essay eveneens door Gijs van Oenen.
Pim Fortuyn is een onechte zoon van paars, mede in het leven geroepen door het verkeerde soort 'gedogen' dat onder paars ingang heeft gevonden: dat van de wantrouwige burger en de 'outsourcende' overheid. Vandaar de oproep van Gijs van Oenen in het Algemeen Dagblad van 14 maart: "Red de politiek, herstel het gedogen."
Trouw
startte zaterdag 23 februari een serie beschouwingen
over het gedogen. De aftrap verrichtte Herman van
Gunsteren. Hij noemt de huidige kruistocht tegen het gedogen 'een
van boven opgelegde stiptheidsactie' en heeft daar weinig fiducie in.
In aflevering
4, van 12 maart, geeft Gijs
van Oenen de toenmalige adviseur van president Roosevelt, Thurman
Arnold, gelijk dat "de meeste moeilijkheden in het recht voortkomen uit
de noodzaak het een te beweren en het andere te doen". Gedogen behoort,
overigens net als schikken, tot de realiteiten van het leven.
Volgens Andries Hoogerwerf, in NRC Handelsblad van 26 februari, is de Nederlandse politiek, onder meer als gevolg van het gedogen, toe aan een 'grote schoonmaak'. Minder marktwerking en eigenbelang, meer nadruk op "kwaliteit van de samenleving" en op rechtvaardigheid en solidariteit. Marc Hertogh betoogt terecht, in de Volkskrant van 26 februari, dat instandhouding van en waardering voor de rechtsstaat (waarop het CDA in de multiculti-discussie hamert) een interpretatieve rechtscultuur vereist, waarin juist het twisten over rechtsbeginselen die beginselen levend houdt.
Intermediair wijdde op 21 februari een themakatern aan 'Overheid & orde', over kwesties als de 'strenge overheid', handhaving en gedogen. Ivo Opstelten profileert zich als strenge burgemeester, terwijl Ralf Bodelier zo'n houding typeert als 'stoer doen aan de poort'.
De overheid moet zichzelf weer serieus gaan nemen. Daarin heeft CDA-fractieleider
Jan
Peter Balkenende gelijk, maar (zoals vele anderen) koppelt hij daar
ten onrechte de conclusie aan dat er daarom geen ruimte zou kunnen of moeten
bestaan voor gedogen. De Verdieping in Trouw
van 4 februari 2002.
Inmiddels heeft het CDA het niet-gedogen
met stip op nummer 2 (!) gezet van haar top-10
prioriteiten 2002-2006.
Minister Korthals kreeg het nog moeilijk vanwege zijn laconieke, wat gedoog-achtige houding ten opzichte van de 'bolletjesslikkers'. Maar nu is dan toch een noodwet in de maak die een 'harde aanpak' beoogt van althans deze invoerwijze van cocaine. De Raad van State heeft daar rechtsstatelijke vraagtekens bij, meldt NRC Handelsblad van 25 januari.
Schrijver Leon de Winter maakte in de Berliner Morgenpost zijn gevoelens kenbaar over het huwelijk van Willem Alexander en Máxima. Het zijn inziens onterechte gebrek aan ophef hierover verklaart hij uit de typisch Nederlandse gewoonte van 'duldung' - Duits voor gedogen ...
Normen en waarden zijn ook een geliefd onderwerp van de weekbladen. Vrij
Nederland van 19 januari heeft een 'dossier beschaving', waarin
diverse politiek geengageerde geleerden (Jos de Beus,
Godfried Engbersen, Ab Klink, Gabriel van den Brink) zich uitspreken
over de 'verslonzing' van Nederland en de verantwoordelijkheid van 'paars'
daarvoor. Verder een gesprek met de Rotterdamse wethouder Herman
Meijer over zijn 'stadsetiquette'
en een essay van Siep Stuurman.
HP/De Tijd
van dezelfde datum bevat een uitgebreide verzameling opvattingen over het
gedogen, van diverse Nederlandse opinieleiders - een beetje trendy en nogal
sound-bite achtig.
Behartigenswaardig commentaar op de lezingen van burgemeester en hoofdcommissaris gaf John Jansen van Galen in zijn column in Het Parool van 5 januari 2002.
In Buitenhof op 6 januari was er een zinnige en niet ongeestige discussie tussen Jelle Kuiper, hoofdcommissaris van de regiopolitie Amsterdam-Amstelland, en Frits Rüter, hoogleraar strafrecht aan de Universiteit van Amsterdam, naar aanleiding van de nieuwjaarstoespraak van de hoofdcommissaris over het tegengaan van criminaliteit.
In
zijn nieuwjaarstoespraak
2002 pleit burgemeester Job Cohen
van Amsterdam weliswaar opnieuw tegen gedogen, maar toch vooral vóór
een (opnieuw) optredende overheid, dus voor het 'primaat van de politiek'.
2001
Burgemeesters van grote steden vinden het soms te dol worden op hun straten. Burgemeester Job Cohen van Amsterdam veroordeelde in een lezing voor het Amsterdams Juridisch Genootschap 'Notariele Vereniging' op dinsdag 27 november 2001 het gedogen. Hij doelt hiermee overigens, in de lijn van Paul Scheffer, vooral op het afzijdig blijven van de overheid uit angst of onverschilligheid.
Rechtshandhaving wordt steeds meer gepercipieerd als een kwestie van 'zorg voor maatschappelijke veiligheid'. Minister Korthals van Justitie hield op 19 november 2001 de Machiavelli-lezing: Veiligheid zorg voor overheid en burger.
Gaan onze normen en waarden tot de bedreigde diersoorten behoren? Op 8 oktober 2001 vond in De Rode Hoed in Amsterdam een discussie plaats over botsende waarden, tolerantie en gedogen. Forumleden waren Paul Scheffer, Femke Halsema, Haci Karacaer en Alphons van Dijk. Een verslag van de bijeenkomst is te vinden op de website van de Universiteit voor Humanistiek. Het Humanistisch Verbond was mede-organisator van de bijeenkomst.